Weekje op de Kalista deel 2

6 juni 2020 - Tynnered, Zweden

De grootspraak die de avond ervoor had plaatsgevonden weerhield ons er niet van om toch een klein “toe in the water” moment in te lassen voordat de sprong in het diepe gewaagd kon worden, van iets dat niet onderdeed van een olympische duikplank — maar dan wel een van een jaar of 50 oud. Nadat polsen en enkels aan het koude water gewend waren en er eindelijk een gat viel tussen de Gele Haarkwallen en minder pijnlijke Oorkwallen konden de bommetjes vanaf de duikplank eindelijk beginnen. Het koude water deed de bewijsdrang verdwijnen als sneeuw voor de zon en na een duik of 3 werd de sprint naar de warme douches ingezet. Er waren er immers maar twee…

Ochtendduik in ijskoud Kattegat

De rest van de geplande rustdag verliep rustig. De rubberboot werd opgeblazen voor een kleine ontdekkingsreis langs de omliggende eilandjes — en natuurlijk om bevestiging te krijgen dat we toch de betere haven van de twee hadden uitgekozen. Na de vers gevangen makreel een dag eerder probeerde ondergetekende zijn geluk nogmaals te beproeven en werd de hengel nog een aantal keer uitgegooid vanaf het havenhoofd. De eerste worp deed bij Harold weer een lichte competitiedrang opborrelen en bij worp twee werden de Bromptons uit de bakskist gehesen. Bij de derde worp waren Lies en Har al fietsend bijna uit het zicht verdwenen en een aantal worpen later kwam Harold triomfantelijk, met een plastic zak met “vers gevangen” vis aan zijn stuur, aangefietst — gefileerd en wel aan de haak geslagen.

C969171B-B9F6-4DB8-9AC3-8DDD9E0C2497

De volgende dag een korte route van maar 5 mijl in het vooruitzicht: vanaf Mollösund, langs de scherenkust naar het kleine visserseiland Käringön. Het heerlijke zonnige weer en de zachte wind — voor de vierde dag op rij — resulteerde in een unaniem besluit om er, met een kleine omweg, een recreatieve zeildag van te maken. Zeilend tussen de scheren door werd dit besluit uiteindelijk beloond door een zeehond die tientallen meters van de Kalista zijn kop opstak, waarna de rest van de tocht elk stuk rots of ondiepte in de verte werd aangezien voor een groep zeehonden, dolfijnen en/of walvissen. Ook de hengel werd weer uitgeworpen — dit begon zich langzamerhand als een traditie te ontwikkelen — maar de vissen hadden er dit keer geen boodschap aan. Natuurlijk al die zeehonden en dolfijnen die ons voor waren geweest!

C502DEFA-B0C1-463D-AAA9-9CBB87E07D0A

Käringön betekent letterlijk “oudewijveneiland” en wordt dan ook gekenmerkt door een groot houten standbeeld van een “oud wijf” dat je verwelkomt  bij het binnenvaren van de haven. De Kalista werd, naar Zweeds gebruik, weer door middel van een hekanker aan de kade bevestigd. Met een beter beschutte plek was de schipper dit keer akkoord met twee hekankers. Echter, toen de mogelijkheid zich voordeed werd na niet al te lang wikken en wegen toch besloten om de boot maar weer zijlings aan de kade te leggen. Een klein hotelletje aan de rand van het eiland vlakbij de haven bood een mooi terras met windschermen in de volle zon waar we de laatste vier flesjes bier van de bar wisten te bemachtigen. De bar was tot ongenoegen van onze serveerster drooggelegd nadat de veerboot de bestelling bier niet had geleverd. Op een steenworp afstand van het hotel lag een restaurant met uitzicht over de zee, waar we die avond met weinig diversiteit 4x hetzelfde gerecht — Leng — bestelden.

De volgende ochtend werd, in een haven die ondertussen volgelopen was met Oorkwallen, de Kalista klaargemaakt voor vertrek naar het eiland Rörö. De tocht begon “bumpy”. Met zowel stroom als wind tegen hakten we tegen korte golfjes in die wat weg hadden van de golfslag op het IJsselmeer. Na een paar uur opkruisen draaide de wind in een wat gunstigere richting en werd de zee rustiger. De vistraditie mocht natuurlijk niet worden onderbroken en nadat de wind wat meer ging liggen werd er weer een poging gewaagd. Dit keer was het wel raak en tot onze verbazing bleek tijdens het binnenhalen de fata morgana van de dag ervoor toch niet zo gek te zijn geweest; niet ver van de plek waar een makreel een doodstrijd aan het leveren was doemde de vin van een bruinvis op. Op het moment dat de makreel aan boord werd gehesen toonde de bruinvis zich een slechte verliezer door ons direct de rug toe te koeren, 2 – 1 voor de Kalista.

Zoals gewoonlijk werd de verse vis, na een zeer snelle en pijnloze dood, geconserveerd in een puts vol zeewater in het ‘dock house’ — ondanks vriendelijk verzoek van de schipper om deze liever in de ‘natte cel’ te zetten. Bij hetbinnenvaren van de haven bleek een emmer vol zeewater en mijn reddingsvest, dat ik iets te nonchalant van mij af liet glijden, geen goede combi. Binnen enkele seconden loste het zouttablet in mijn reddingsvest op in de emmer met zeewater en voldeed het CO2-patroon keurig aan het daaropvolgende verzoek om zijn volledige inhoud in het reddingsvest te lozen. De strakblauwe lucht begon plaatst te maken voor een onweerswolk die vanachter het stuurwiel vandaan leek te komen, terwijl ik, een kleine glimlach forcerend, maar met schaamrood op mijn kaken mompelde: “Nou, weten we in ieder geval dat die dingen gewoon werken”. Schuldbewust maar ook overtuigd van mijn eigen mening dat een praktijktest zo nu en dan geen kwaad kan, voelde ik de cognitieve dissonantie direct verkleinen nadat het volledig opgeblazen reddingsvest de woorden “Replace by 2012” op het omhulsel van het zouttablet deedverschijnen — zag ik daar nou een lichte glimlach vanachter het stuurwiel vandaan komen???

Foto’s

3 Reacties

  1. Janneke:
    7 juni 2020
    Mooi! Alsof ik even aan boord van de Kalista heb gezeten 👌🏻
  2. Loes:
    7 juni 2020
    Sam wat een prachtige verhalen. En dapper de mooie duik. Dank je voor dit meereizen met jullie . En de beelden helpen ook :-)
  3. Matti:
    8 juni 2020
    HahA, leuk die verhalen! Ee is een schrijver aan je verloren gegaan Sam! Geweldige foto’s ook!